Repertoire: Tussen klassiek en modern

©  Jorge Fatauros

Benjamin Harkarvy's eigentijdse benadering

In 1964 maakte de Amerikaanse choreograaf Benjamin Harkarvy het ballet Recital voor cello en acht dansers op muziek van J.S. Bach. De choreografie is geïnspireerd op oude danstypen: een allemande, een courante, een sarabande, twee gavottes gevolgd door een gigue. Het meest voor de hand liggend in zo’n geval is dat dans de muziek volgt. Harkarvy ging hier tegenin. Vanuit telkens terugkerende dansmotieven bouwde hij een modern en dynamisch lijnenspel, dat de oude danstypen van de suite uitwerkt - los van de muziek.


Fotograaf onbekend

Fotograaf Onbekend

Moderne dans naar Nederland

Harkarvy nodigde Amerikaanse (gast)choreografen uit om de (hoofdzakelijk) klassiek geschoolde dansers meer moderne technieken bij te brengen. In een mum van tijd werd het repertoire uitgebreid met moderne choreografieën van onder andere Anna Sokolow, Glen Tetley en John Butler. Harkarvy zelf schuwde de combinatie van klassiek en modern niet. Zowel in zijn balletten, als in zijn lessen zocht hij een balans tussen deze ogenschijnlijke tegenpolen.

© Ben Vollebregt

Het oeuvre van Kylián

De klassieke en moderne kennis van dansers bij NDT stelt choreografen in staat te experimenteren in bewegingstaal. Op krachtige wijze komt dit tot uiting in het gevarieerde oeuvre van Jiří Kylián. 


Door critici werden zijn balletten al omschreven als scherp, puntig en abrupt van beweging (Trouw over Sweet Dreams, 30-05-1991) of juist soepel en expressief (De Telegraaf over Return to a strange land, 31-10-1979)


Fotograaf onbekend

“In een programma van vier balletten had je vier verschillende stijlen. Je zag Alexandra Radius op balletschoenen in het eerste ballet, op spitzen in het tweede, op blote voeten in het derde en op gymschoenen in het vierde.”1    – Gérard Lemaître



1 Versteeg 1987 p.49


Fotograaf onbekend